Preventie van (para)suïcide en JGZ
Preventie van (para)suïcide.
Inmiddels bijna 20 jaar geleden toonde ik in mijn promotieonderzoek aan, dat het instellen van open spreekuren door de JGZ over het algemeen geen effect had als het gaat om preventie van (para)suïcide. Bij een bepaald type suïcidepogingen door adolescenten was het effect zelfs negatief: in the case of parasuicide with concomitant surgery the risk in regions with open consultation hours was significantly higher (adjusted Odds Ratio = 2.59, 95% CI=1.30‑5.16).
Deskundigheidsbevordering voor leerkrachten met als doel eerder de ‘five warning signs’ zoals omschreven door de American Association of Suicidology te herkennen had evenwel een positief effect (adjusted Odds Ratio = 0.60, 95% CI=0.44‑0.81).
Conclusie: open spreekuren van JGZ hadden geen preventief effect en in sommige gevallen zelfs een negatief effect. Dit wordt waarschijnlijk veroorzaakt door een verminderde alertheid van zowel ouders als leerkrachten. In het laatste geval wordt dit onderbouwd door het positieve effect van de deskundigheidsbevordering.
Uiteraard was dat voor de JGZ geen reden dit nader te onderzoeken. Dat zou immers betekenen dat ook de andere conclusies uit mijn onderzoek terecht zouden zijn (hetgeen overigens wat betreft het nut van scoliosescreening al was aangetoond – zie Bunge e.a.). Om dat te voorkomen werd geen nader onderzoek verricht. Dus werden ook open spreekuren gecontinueerd. Dat was kennelijk belangrijker dan suïcidepreventie.